Engelandvaarder Emmy Rutten-Broekman
Emmy Wilhelmina Lucie Rutten-Broekman (Kota Radja, 29 juni 1905 – Amsterdam, 6 april 2000) was een Nederlands militair en Engelandvaarder.
Emmy Broekman was getrouwd met cineast Gerard Rutten, die al eerder vanwege de naderende oorlog naar Engeland was gegaan. Zij wilde militair worden, net als haar voorvaders, en meldde zich in 1940 bij de bevelhebber van de Nederlandse Land- en Zeemacht. Kort daarna capituleerde Nederland en werd het leger gedemobiliseerd. Op 5 augustus 1943 verliet zij Den Haag. Ze overleefde allerlei problemen onderweg en trok te voet de Pyreneeën over. In Lissabon kon ze op 20 november mee met een geblindeerd vliegtuig dat naar Engeland ging. Die avond zat ze al in Oranjehaven in Londen.
Aan het einde van de oorlog zat zij in de staf van het Vrijwillig Vrouwen Hulpkorps (VHK).
Het Vrijwillig Vrouwen Hulpkorps (VVHK) werd op 20 december 1943 door het Londense Comité van het Nederlandse Rode Kruis opgericht op voorstel van het Ministerie van Oorlog. Om hiervoor vrouwen te vinden werd in de zomer van 1943 een advertentie geplaatst in Vrij Nederland. Ongeveer 270 vrouwen van verschillende nationaliteiten reageerden.
Het Korps zou onder de Koninklijke Landmacht vallen, hoewel het Korps in het begin geen militaire status kreeg. Doel van het Korps was om ongewapende humanitaire hulp te verlenen. De dames droegen in de beginperiode het Engelse Rode Kruis-uniform, dat bestond uit een donkerblauwe rok, een donkerblauw jasje, een wit overhemd en een zwarte das. Ze droegen zwarte kousen en schoenen. Op hun baret was een Rode-Kruis embleem. Nadat in 1944 de naam werd veranderd in Vrouwen Hulpkorps (VHK) droegen de dames een kakikleurig uniform, zoals dit werd gedragen door de Britse vrouwelijke militairen van de A.T.S. (The Woman’s Auxiliary Territorial Service).
Na de landing in Normandië werd het Vrouwen Hulpkorps gemilitariseerd zodat zij achter de troepen in België, Brabant en Zeeland aan konden optrekken. Zes Engelandvaarders sloten zich hierbij aan: Ellis Brandon, Els van Dien-Hendrix, Martha van Esso-Polak (arts), Elly Nauta-Moret, Marie Knapper en Emmy Rutten-Broekman, die deel uitmaakte van de staf. Op 13 november 1944 staken vijf dames over naar Oostende om geëvacueerde kinderen te helpen. Marie Knapper was naar de Verenigde Staten gestuurd om Nederlanders voor de VHK te werven.
Na de oorlog werkte Elly Rutten voor het Centraal Museum in Utrecht en daarna voor het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen.
Collectie: Stadsarchief Amsterdam